Ahoi Mees!
Eerst en vooral: alles wat je schrijft, daar kan ik helemaal inkomen, maar ik ben niet jou. En jij bent niet mij. En da's perfect ok

!
Wat betreft jouw indruk van mijn mensbeeld: daar heb je mij toch een tikkeltje misbegrepen, hoor. (Soms ga ik er teveel vanuit dat men mij goed kent

...).
Dus in deze dan toch enige toelichting:
1. Terwijl ik schreef "de mens is bijzonder en merkwaardig", dacht ik aan iets heel anders, dan aan diens superioriteit ten opzichte van andere levensvormen. Ik dacht aan het traject dat de mens heeft afgelegd, met name: het rechtop gaan lopen, het kantelen van het bekken, het groter worden van de hersens door een intenser communiceren via taal, het allicht vroeger geboren moeten worden dan biologisch gezien heilzaam is (van alle zoogdieren, verloopt de geboorte bij de mens het meest problematisch), een veel langere afhankelijkheid van onze ouders en opvoeders, eer we letterlijk en figuurlijk op eigen benen kunnen staan, onze fragiliteit die daaruit voortvloeit, onze psyche die eerder wankel is, omdat we - inclusief jij en ik - nog steeds in een pendelbeweging blijken te verkeren, tussen dier-zijn en mens-zijn. Tenslotte zijn we als fenomeen ontzettend jong als soort, op de tijdsschaal van al het leven op aarde. Dus als je dat bekijkt, dan is de mens toch heel bijzonder en merkwaardig? Ik bedoel: we zijn anders dan de dieren en tegelijk zijn we zelf nog het meest van al fragiel en afhankelijk <- zoiets

. Als je daarvan uitgaat, dan kan je niet anders dan de mens toch behoorlijk wat krediet te geven. Ik kan me niet onttrekken aan de bekommernissen, die het mens-zijn met zich meebrengen. Want alles wat we doen of nalaten te doen, heeft blijkbaar toch een ferme impact op alle andere levensvormen op aarde, waar wij dan weer (zeker in onze geluksbeleving) enorm afhankelijk van zijn.
2. Toen ik schreef "wij zijn de baas", dan bedoelde ik niet dat we de meest wijze diersoort zijn, maar wel dat we vandaag de baas aan het spelen zijn over het ganse oppervlak van de aarde (terwijl we hier nog maar pas zijn!). Getuige het geologische begrip "antropoceen tijdperk".. We zijn tegelijk jong als fenomeen (steek je de tijdsschaal van de geschiedenis van al het leven op aarde in 1 jaar, dan zijn we hier pas op het einde van de laatste dag van dat jaar!) en tegelijk is ons effect op de aarde en al het leven erop, gigantisch. EN: als we morgen verdwijnen, dan is dat voornamelijk aan ons zelf te wijten. EN: de aarde zelf en al het leven op aarde zal er hoegenaamd niet door verdwijnen. In tegendeel: er zal heel waarschijnlijk een nieuwe boost ontstaan. De vraag is dus: zien we onszelf wel graag genoeg?
EN: het is toch wel erg onbehaaglijk, te beseffen dat we uit eigenliefde graag veel kindjes maken en tegelijk uit die eigenliefde het geluk van die kindjes in het gedrang brengen. En: op langere termijn, hun recht op het maken van kindjes inperken door ons recht om ze te maken en het recht op leven in het algemeen, in gedrang brengen door onze waan, dat we hier de superieuren zijn...
3. De mensheid graag zien en mijn mildheid tegenover alle mensen, vloeit voort uit het gegeven dat de mensheid ondanks alle wreedheden en miskleunen, ook in staat is tot goeie en mooie dingen. We kampen vandaag met overbevolking en veel mensen beschouwen dit als taboe. Ik merk een erg ongemakkelijk gevoel bij de mensen, omdat ze voor een keuze staan tussen hun dierlijke zelf (die graag veel kindjes maakt e.d.) en hun rationele (verantwoordelijke) zelf.. Ik begrijp dat en wens vanuit dat begrijpen met hen in gesprek te gaan.
4. Ik werk dagelijks met kinderen. In mijn lessen zitten er kinderen van de Getuige van Jehova en Moslim kinderen. Sommigen geloven diepgaand. In het begin van mijn carrière was ik scherper, militanter, soms kassant (niet op hen, maar in abstracto: zoals jij).. Elke keer zag ik dat ik ze tijdelijk kwijt was en ik hun vertrouwen nadien nooit meer helemaal terug kreeg. Vandaag praat ik met hen vanuit hun geloof. Ik tracht hen in hun waardigheid te laten en hen vanuit die waardigheid te bevrijden van de dogmatische kantjes van hun geloof. Door in de eerste plaats de klemtoon te leggen op waarden. Voor de rest mogen ze geloven wat ze willen: er zijn veel baanbrekende topwetenschappers, die ergens diepgelovig zijn. Maar dan meestal niet op dogmatische wijze..
Sprookjes waren ooit erg belangrijk voor onze voorouders. Bibberend zitend voor een grot tijdens een ijstijdperk, waarvan getuige: de vele prachtige tekeningen in grotten over de hele wereld.
Vorige zomer bezocht ik (naast de kastelen van de Katharen) de grotten van Niaux: met mijnwerkerslampen een tweetal km diep doorheen de grote gang, vol met grafitti van mensen tot in de 17 de eeuw: je kan ze bijna aanraken! FERM!!
Life is a bitch: juist. Zeer juist zelfs. Zeker voor ons mensen, die in geen enkel opzicht het gevoel heeft compleet te zijn.
Het kan zijn dat we er binnen 100 jaar niet meer zijn.
Maar ondertussen wil ik het project "mens" toch wel de beste kansen geven, die ik het kan bieden, binnen àl mijn mogelijkheden.
Vele groetjes aan jou, zonnig vogeltje - mens !
Oogje